Tram
Begin deze eeuw.Ze stapt de tram in,checkt de ‘eenzitters’en ploft dan neerop de dichtstbijzijnde lege plaats.
Begin deze eeuw.Ze stapt de tram in,checkt de ‘eenzitters’en ploft dan neerop de dichtstbijzijnde lege plaats.
Met mijn moederop weg naar de bioscoop.Een zwerver spreekt ons aanen vraagt een paar kwartjesvoor zijn levensonderhoud.
Bij de kassa van de boekwinkelgeeft ze de verkoperboek en boekenbonmet de mededeling:“Ik betaal de helft,de andere helft graagvan de bon afhalen.”
Een envelop op de deurmat:een nieuwe NS-kaart.De kaart die ze heeft,“verloopt binnenkort”.
Ze heeft nooit eieren in huiswant ze houdt niet van eieren.Als ze pannenkoeken wil bakken,haalt ze een ei bij de buurvrouw
I “Mag ik je een ijsje aanbieden?”Ze bedankt.De teleurstelling staat ophet gezicht van de man.Dus zegt ze:“Ik wil wel iets met je drinken.” II Ze wacht op haar bestelling“Ik wil wel wat met jou,”zegt de man terwijl hijhaar bestelling klaarmaakt. III “Zien we elkaar weer?”“Dat kan.”“Wat spreken we af?”“Niet iets traditioneels.Ik bel jou wel,maar zeker …
“Heb je zin omeen keer koffiemet me te drinken?Wat mij betreftbij voorkeurop een tijdstipwaarophet geaccepteerd iseen biertje te bestellen.”