Spelt
“Ik vind jou een spelttype. Heb ik gelijk?” “Ik heb het uitgeprobeerd, omdat ik een uitprobeertype ben.”
“Ik vind jou een spelttype. Heb ik gelijk?” “Ik heb het uitgeprobeerd, omdat ik een uitprobeertype ben.”
I Hij heeft last van zweetvoeten. Enorm. De schoenmaker zegt: “De eigenaar van deze schoenen moet echt nooit schoenen van kunststof gaan dragen.” Ze geeft de boodschap door. II Hij roept hij haar: “Dit moet jij ook zien.” Ze zakt naast de tv-stoel op de grond neer. Vrij snel zegt ze: “Man, die voeten van …
Ze is een jaar of 17. Ik heb de leeftijd van haar ouders. “Mijn vader drinkt elke dag twee glazen wijn,
Een strandwandeling geeft inspiratie, ze schrijft een gedicht in haar hoofd.
Verbazing over de hoeveelheid eten op het bord van de man in huis. De vrouwen scheppen ruim tweemaal zoveel op. De vriendin, berustend: “Hij gaat straks aan de gevulde koeken.”
Een man die vijfmaal “wat jij wilt” antwoordt op uiteenlopende vragen. Dan weet ze: geen ego, niet doen. Een man die zegt: “Ik ga werk van jou maken.” Dan weet ze: vreemd ego, niet doen. Een man die uitdagend aanwezig is. Dan weet ze: een enorm groot ego, niet doen. Haar regie faalt.
I Chaoot als ze is staan haar boeken en cd’s tot grote verbazing van velen op alfabetische volgorde