Jaren zeventig.
In huize Nan
een telefonisch
regelmatig terugkerende vraag:
“Verkopen jullie rijst?”
Jaren negentig.
Ze werkt zelfstandig.
Tijdens kennismakingsgesprekken
hoort ze nogal eens:
“Door je achternaam
hadden we iemand
met een Chinese achtergrond
verwacht.”
Het tweede decennium
van de 21ste eeuw.
Haar achternaam blijkt nog steeds
intrigerend.
Ouder, wijzer én assertiever
levert ze graag een bijdrage
aan de algemene ontwikkeling
van haar gesprekspartners.
“Nan is een West-Friese naam.
West-Friesland ligt in Friesland
en in de kop van Noord-Holland.
De roots van mijn vader
liggen in Noord-Holland.”
Wat dan volgt?
Dat varieert
van schaamrood
tot
schaterlach.