Ze heeft nooit eieren in huis
want ze houdt niet van eieren.
Als ze pannenkoeken wil bakken,
haalt ze een ei bij de buurvrouw
Na ‘ei vier of vijf’
koopt ze een doosje van zes,
belt bij de buurvrouw aan,
haalt één ei uit het doosje
en zegt: “alsjeblieft.”
Jarenlang
prima geregeld.
Totdat.
Totdat de buurvrouw
een nieuwe partner heeft.
De man zegt al bij het derde ei:
“Kom je nu weer een ei lénen?”
Ze wisselt een blik met de buurvrouw,
ook sprakeloos.
De volgende dag koopt ze
een doos van tien eieren,
doet er een grote strik omheen
en zet de doos
op het aanrecht bij de buren.
Een paar dagen later ziet ze de buurvrouw.
“En, heeft de man
met struif en al
je huis verlaten?”