Ze volgt een training
‘spreken in het openbaar.’
Na een eerste voordracht
vraagt ze een deelnemer:
“Als jij ‘man’ zegt,
bedoel je dan mannen én vrouwen?”
“Natuurlijk,” antwoordt de man.
“Wil je dan ‘mensen’ gebruiken?
Dat geeft mij het gevoel
dat ik er ook bij hoor.”
Er ontstaat die dag
een vrolijke variatie op
de running gag.
Als zij ‘man’ hoort en
zeker weet
dat het om mannen
én vrouwen gaat,
vraagt ze:
“Mensen?”
De mannelijke deelnemers
worden er uiteindelijk kriegel van.
De vrouwen zien er,
logischerwijze,
de humor van in.