Ze werkt aan een verhaal
waarin haar vader en moeder
‘de opening’ op zich nemen.
Als ze de tekst met
haar coach bespreekt,
doet hij een paar voorstellen
ter verbetering.
“Waarom twijfel je?”
“Nou, zo was het niet.”
“Marianne, je maakt theater.”
Een paar jaar later.
Vraag haar niet waar
in het verhaal
realiteit in fantasie verandert
en weer naar
de werkelijkheid terugkeert.
Ze heeft echt
geen flauw idee.