“Hebt u een koffer ingekocht?”
Ik kijk de grondstewardess glazig aan.
’s Morgens om 4 uur ben ik niet op mijn scherpst.
De grondstewardess herhaalt haar vraag,
ze ziet dat ik haar niet begrijp.
Dat klopt,
ik heb geen idee wat ze wil weten.
Ik wijs naar de tas op de band
en zeg:
“Dit is mijn tas,
die gaat mee op vakantie.”
Tegelijkertijd begrijpen we de spraakverwarring.
“Hebt u betaald om bagage mee te kunnen nemen?”
en
“Ik heb 14 euro betaald om deze tas mee te kunnen nemen”
klinkt het tegen elkaar in.
Met een wakker hoofd
sta ik direct weer in de ‘dagstand’:
‘het leven zou toch echt een stuk aangenamer zijn
als zendergestuurd geleuter
kon ophouden te bestaan’.